Persbericht

Dit verandert op het vlak van fiscaliteit en fraudebestrijding in 2023

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem blijft werk maken van een meer rechtvaardige, eenvoudige en duurzame fiscaliteit en een daadkrachtige bestrijding van fraude. Daardoor verandert er opnieuw heel wat in het nieuwe jaar. We verduidelijken graag enkele belangrijke veranderingen die ingaan op 1 januari 2023.

Minister Van Peteghem zorgt ervoor dat de bedrijfsvoorheffing die elke maand wordt ingehouden, dankzij een nieuwe berekening nauwer aansluit aan bij het correcte bedrag. Dat zorgt voor meer nettoloon per maand en minder verrassingen op het einde van het jaar bij de eindafrekening. Voor 2023 betekent dit een stijging van gemiddeld 209 euro netto per jaar.

Daarnaast genieten alle Belgische werknemers ook van de jaarlijkse indexering van de belastingschijven. De inflatie zorgde voor een automatische loonindexering per sector, doorheen het jaar of straks op 1 januari 2023. Maar los van deze automatische loonindexering worden ook de belastingschijven elk jaar geïndexeerd. Want indien dit niet zou gebeuren, zouden mensen jaar na jaar aan koopkracht verliezen doordat ze sneller in hogere belastingschijven belanden. Maar daar past de indexering van de schijven op 1 januari 2023 een mouw aan. Dit zorgt ervoor dat de lonen in 2023 ministens met 600 euro netto per jaar zullen toenemen.

Ook in 2023 kunnen mensen genieten van een verlaagd btw-tarief voor sloop en heropbouw, ook buiten de centrumsteden. Het gunstregime werd begin 2021 ingevoerd als een relancemaatregel na de coronacrisis, maar blijft een belangrijke maatregel om ons verouderd woonpatrimonium versneld te renoveren. Daarom verlengde Minister Van Peteghem deze maatregel ook voor het volledige jaar 2023.

2023 betekent ook een nieuwe fase in de vergroening van de autofiscaliteit. Zo wordt er een bovengrens van 50% ingevoerd voor de fiscale aftrekbaarheid van de benzine- of dieselkosten van vanaf 1 januari 2023 gekochte, gehuurde of geleasede hybride wagens. Daarnaast worden ook de fiscale aftrek voor particulieren en de kostenaftrek voor ondernemingen voor de installatie van een laadstations volgend jaar aangepast. Zoals bepaald, daalt dit voordeel trapsgewijs in de jaren. Voor 2023 betekent dit een fiscaal aftrek voor particulieren van max. 30% (vanaf 1 januari) en een kostenaftrek van max. 150% voor ondernemingen (vanaf 1 april).

Minister Van Peteghem werkt vanaf 1 januari 2023 een verschil weg op het vlak van de fiscale vrijstelling voor vrijwillige ambulanciers. Vandaag genieten vrijwillige ambulanciers, die geen brandweerman of -vrouw zijn, van een fiscale vrijstelling van hun vergoedingen tot 3.750 euro per jaar. Maar dit enkel als ze voldoen aan de voorwaarde van ‘dringende geneeskundige dienstverlening.’ Die voorwaarde valt vanaf 2023 weg, waardoor alle vrijwillige ambulanciers van de vrijstelling zullen kunnen genieten.

De Minister zorgt er ook voor dat ouders in een regeling van co-ouderschap van fiscale gelijkheid genieten. Vandaag is het reeds zo dat bij 50-50 zorg voor de kinderen, de toeslagen voor kinderlast op de belastingvrije som gelijk worden verdeeld. Die fiscale gelijlheid wordt nu doorgetrokken: vanaf volgend jaar zal ook het eventuele belastingkrediet van 250 euro per kind gelijk worden verdeeld tussen beide ouders. Een dergelijk belastingkrediet krijgt men als men minder belastingen betaalt dan het bedrag van de belastingvrije som en de toelagen op die som per kind.

Beleggingsfondsen die zich als duurzaam profileren zullen vanaf volgend jaar die duurzame doelstellingen moeten verduidelijken. Europa verplicht de aanbieders van beleggingsfondsen al even om hun producten toe te wijzen aan bepaalde duurzame categorieën. Vanaf volgend jaar zullen de aanbieders ook moeten verduidelijken waarom ze een bepaald product aan een bepaalde categorie toewijzen.

En ook de hervorming van het fiscaal stelsel van auteursrechten gaat van start op 1 januari 2023. Het fiscaal stelsel van auteursrechten was oorspronkelijk bedoeld voor schrijvers en kunstenaars. Maar als gevolg van een onduidelijke definiëring van het toepassingsgebied werd het fiscaal stelsel ruimer toegepast dan oorspronkelijk bedoeld. Waar in 2013 voor 108,5 miljoen euro aan auteursrechten werd aangegeven, was dat in 2021 al opgelopen tot 465,5 miljoen euro.

Met het oog op het herstellen van de initiële bedoeling en het terugbrengen van het stelsel tot zijn essentie, wordt het stelsel hervormd door een duidelijke afbakening van het toepassingsgebied en een harmonisatie van het fiscale en parafiscale kader. Om deze hervorming vlot te laten verlopen, worden twee soorten overgangsmaatregelen getroffen.

Een eerste overgangsregeling geldt voor alle betrokken belastingplichtigen, zowel voor zij die verder gebruik kunnen maken van het stelsel als zij die in het uitdoofstelsel terecht komen:

  • Vanaf 1 januari 2023 is de verhouding maximaal 50% beroepsinkomen/50% auteursrechten;
  • Vanaf 1 januari 2024 is de verhouding maximaal 60% beroepsinkomen/40% auteursrechten;
  • Vanaf 1 januari 2025 is de verhouding maximaal 70% beroepsinkomen/30% auteursrechten.

Een tweede overgangsregeling geldt enkel voor de belastingplichtigen in het uitdoofstelsel:

  • In 2023 wordt het huidige maximumplafond van 37.500 euro (niet-geïndexeerd bedrag) en de huidige schijven van de kostenforfaits met de helft afgebouwd;
  • In 2024 worden deze bedragen op 0 gezet.

In het kader van het tweede actieplan tegen fiscale en sociale fraude, breidt Minister Vincent Van Peteghem de onderzoekstermijnen voor fraude uit. De fiscus krijgt voortaan tien jaar de tijd om fraude te onderzoeken en zes jaar bij grensoverschrijdende aangiftes. In het huidige systeem, kan de fiscus tot drie jaar teruggaan in de tijd voor gewone aangiftes, bij fraude tot zeven jaar en bij juridische constructies tien jaar.